Wat is improvisatietheater?

Toneelstukken kunnen tot in de puntjes georganiseerd zijn: met een script van tientallen pagina’s, maandenlange voorbereiding en uitgebreide decors en kostuums. Prachtig en indrukwekkend. Maar eigenlijk is het even knap om met minimale voorbereiding een geweldige, spontane toneelscène neer te zetten. De toneeldiscipline die hierop mikt, heet improvisatietheater (kort: ‘improvisatie’ of ‘impro’).

Wat is improvisatie?

Bij impro wordt er vóór de scene nauwelijks iets voorbereid of afgesproken. De acteurs verplaatsen zich onmiddellijk in een bepaalde rol en gaan aan de slag met een basis voor de scene (een zogenaamd spelaanbod). Ze bouwen dan samen meteen een spontane, verrassende scene. Dat kan een heel mooi stukje toneel opleveren – of een tenenkrommende mislukking. In het laatste geval is het: niet getreurd, we proberen het gewoon nog een keer!

Wat moeten de acteurs bij impro kunnen?

Het is voor impro belangrijk dat er een positieve sfeer heerst waarin de acteurs elkaar vertrouwen. Ze moeten namelijk een leuke scene durven neer te zetten met soms heftige emoties en verhaallijnen. Daarom wordt impro vaak voorgegaan door spellen en theatersport waarmee de acteurs op elkaar afgestemd raken en loskomen – en later niet bang zijn om te falen. Spontaniteitsspellen en vertrouwensoefeningen kunnen een goede voorbereiding zijn.

Wat zijn goede concepten voor impro?

Een impro-scene kan vanuit het niets worden neergezet, zonder enige aanwijzing. Maar vaak vragen of krijgen de acteurs een beginnetje van de begeleider of van het publiek. Bijvoorbeeld een kant- en klaar spelaanbod, bijvoorbeeld dat de spelers hun hond kwijt zijn, een taart gaan bestellen of ruzie hebben over een erfenis. Maar ook enkel een voorwerp, een relatie, een emotie of een locatie kunnen als een dankbaar begin voor impro dienen.

Tips om impro-scenes interessant te maken

Deze tips kunnen helpen om improvisatiescenes beter te maken.

  • De spelers kunnen tegengestelde statussen (machtig en zelfverzekerd vs. zwak en onzeker) aannemen.
  • Pas je lichaamshouding, stem en bewegingen aan aan het karakter dat je vertolkt.
  • Het is belangrijk dat acteurs elkaars spelaanbod accepteren (“ja, en…” zeggen) en daar direct op verder bouwen, in plaats van hun eigen ideeën door te drukken.
  • Spelen met grote gebaren en heftige emoties helpt om de aandacht van het publiek te grijpen.